In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Basisstof 4 Uitscheiding
Slide 1 - Tekstslide
Wat ga je leren?
Je kunt de onderdelen met kenmerken en functie van de nieren en urinewegen benoemen.
Slide 2 - Tekstslide
Uitscheiding
Het uit het lichaam verwijderen van afvalstoffen. Denk aan het uitademen van koolstofdioxide uit het bloed. Ook de afvalstoffen die het lichaam verlaten via urine zijn gefilterd uit het bloed. Dit gebeurt in de nieren.
Slide 3 - Tekstslide
Welk orgaanstelsel zorgt voor de voedingsstoffen in jouw lichaam?
A
Ademhalingsstelsel
B
Spierstelsel
C
Verteringsstelsel
D
Uitscheidingsstelsel
Slide 4 - Quizvraag
Welk orgaanstelsel zorgt voor zuurstof in jouw lichaam
A
Spierstelsel
B
Uitscheidingsstelsel
C
Verteringsstelsel
D
Ademhalingsstelsel
Slide 5 - Quizvraag
Uitscheidden is één van de levenskenmerken, wat hoort NIET bij uitscheidden?
A
Poepen
B
Plassen
C
Uitademen
D
Zweten
Slide 6 - Quizvraag
Wat is uitscheiding?
A
een verschil maken
B
afvalstoffen worden uit het bloed gehaald en uit het lichaam verwijdert
C
water wordt uit het bloed gehaald
D
afvalstoffen worden uit het water gehaald en uit het lichaam verwijdert
Slide 7 - Quizvraag
Urinebuis
Blaas
Urineleider
Nier
Slide 8 - Sleepvraag
Slide 9 - Video
Blaas
Nier
Urinebuis
Urineleider
Slide 10 - Sleepvraag
Nierslagader
Nierader
Niermerg
Nierschors
Nierbekken
Urineleider
Slide 11 - Sleepvraag
Waar ligt de nierschors?
A
Aan de buitenkant van de nier
B
Binnen het merg
Slide 12 - Quizvraag
Functie van de nierschors...
A
urine verzamelen
B
afvalstoffen uit het bloed verwijderen
Slide 13 - Quizvraag
Verbind de juiste namen bij de onderdelen van de nier.
Nierschors
Urineleider
Nierslagader
Nierbekken
Nierader
Niermerg
Slide 14 - Sleepvraag
Welke letter geeft de nierschors aan?
A
A
B
B
C
C
Slide 15 - Quizvraag
Hieronder zie je een doorsnede van een nier.
Zet de namen van de onderdelen op de juiste plaats.
nierbekken
nierschors
niermerg
urineleider
nierslagader
nierader
Slide 16 - Sleepvraag
wat is de functie van het nierbekken?
A
Filteren van bloed
B
Filteren van urine
C
Verzamelen van urine
Slide 17 - Quizvraag
urinebuis
urineleider
nier
blaas
Slide 18 - Sleepvraag
Bij een nierbekkenontsteking is de wand van een nierbekken ontstoken. Dit kan worden veroorzaakt door bacteriën die via de urinewegen van buiten in het lichaam zijn gekomen. Door welke vier delen zijn deze bacteriën achtereenvolgens gegaan?
Urineleider
Urinebuis
Urineblaas
Nierbekken
Slide 19 - Sleepvraag
Cortex
Niermerg
Nierbekken
Urineleider
Nierader en nierslagader
Slide 20 - Sleepvraag
Wat wordt er NIET verwijderd door de nierschors en het niermerg?
A
Overtollig zouten en water
B
Schadelijke stoffen
C
Afvalstoffen
D
Zuurstof
Slide 21 - Quizvraag
Nieren : sleep de onderdelen naar de juiste plaats
Niermerg
nierschors
urineleider
nierslagader
nierader
nierbekken/ trechter
Slide 22 - Sleepvraag
Nierslagader
Nierschors met nefronen
Urineleider
Niermerg
Nierbekken
Nierader
Slide 23 - Sleepvraag
Nieren : sleep de onderdelen naar de juiste plaats
Niermerg
nierschors
urineleider
nierslagader
nierader
nierbekken
Slide 24 - Sleepvraag
Slide 25 - Video
Wat wordt er in de nierschors en niermerg voornamelijk gedaan door de nier?
A
Bloed opgenomen
B
Bloed gefilterd
C
Bloed afgestaan
D
Bloed getransporteerd
Slide 26 - Quizvraag
Wat is de functie van de nierschors?
A
Het filteren van afvalstoffen
B
Het verzamelen van urine
C
Het opslaan van urine
D
Het produceren van urine
Slide 27 - Quizvraag
Urineleider
Niermerg
Nierbekken
Nierader
Nierslagader
Nierschors
Slide 28 - Sleepvraag
nierbekken
A
is een holte waar urine terecht komt
B
vormt het begin van een nefron
C
verzamelbuis
D
is gelegen in de schors
Slide 29 - Quizvraag
Welke letter geeft de niermerg aan?
A
D
B
E
C
F
D
C
Slide 30 - Quizvraag
Verbind de juiste namen bij de onderdelen van de nier.
Nierschors
Urineleider
Nierslagader
Nierbekken
Nierader
Niermerg
Slide 31 - Sleepvraag
Wat zijn de urineleiders?
A
Bloedvaten in de arm
B
Kanalen waardoor urine van nieren naar blaas wordt gebracht
C
Spieren in het been
D
Klieren in de nek
Slide 32 - Quizvraag
Wat doen de urineleiders?
A
urine van de blaas naar buiten vervoeren
B
een prikkel sturen naar de hersenen om het sein te geven dat de blaas vol is
C
urine van de nieren naar de blaas vervoeren
D
voorurine filteren
Slide 33 - Quizvraag
Verbind de juiste namen bij de onderdelen van de nier.
Nierschors
Urineleider
Nierslagader
Nierbekken
Nierader
Niermerg
Slide 34 - Sleepvraag
De urineblaas heeft als functie opslag van urine
A
Waar
B
Niet waar
Slide 35 - Quizvraag
Nierschors
Nierbekken
Nierbekken
Nierader
Nierslagader
Slide 36 - Sleepvraag
De urineblaas is ...
A
A
B
B
C
C
D
H
Slide 37 - Quizvraag
In de penis zit een urinebuis. Wat gaat er door deze buis naar buiten?
A
alleen urine
B
alleen sperma
C
urine en sperma
D
geen van genoemde antwoorden
Slide 38 - Quizvraag
Bij een nierbekkenontsteking is de wand van een nierbekken ontstoken. Dit kan worden veroorzaakt door bacteriën die via de urinewegen van buiten het lichaam zijn gekomen. Door welke delen zijn de bacteriën achtereenvolgens gekomen?
A
nierbekken - urinebuis
– urineblaas – urineleider
B
urineblaas - urinebuis
– urineleider – nierbekken
C
urineleider – urineblaas
– urinebuis – nierbekken
D
urinebuis – urineblaas
– urineleider – nierbekken
Slide 39 - Quizvraag
In de urinebuis wordt urine tijdelijk opgeslagen
A
juist
B
onjuist
Slide 40 - Quizvraag
Welke letter is De Urineblaas?
A
P
B
Q
C
R
D
S
Slide 41 - Quizvraag
De vrouw heeft een aparte opening voor de urinebuis
A
Waar
B
Niet waar
Slide 42 - Quizvraag
Klaar?
Ben je klaar met de LessonUp? Maak dan nu opdracht 1, 5 en 10 in je leerwerkboek. blz. 183 t/m 189.